Als u, eventueel samen met uw partner, ten minste 5% of meer van de aandelen heeft in een vennootschap, dan wordt u aangemerkt als aanmerkelijkbelanghouder. Maar wanneer u en uw eventuele partner werken voor de vennootschap, dan geldt voor u beiden de gebruikelijkloonregeling. Met ingang van 2023 is de berekeningswijze van het gebruikelijke loon gewijzigd.
U en uw partner moeten een gebruikelijk loon ontvangen dat in 2023 het hoogste van de volgende bedragen moet zijn:
- 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking;
- het loon van de meestverdienende werknemer binnen de vennootschap of een daarmee verbonden vennootschap;
- € 51.000 (minimum in 2023).
Afschaffing doelmatigheidsmarge per 1 januari 2023
Tot en met 2022 mocht u het gebruikelijk loon vaststellen op 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Deze zogenoemde ‘doelmatigheidsmarge’ van 25% is per 2023 vervallen. Het gebruikelijk loon wordt nu vastgesteld op 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Hierdoor kunnen er meer discussies met de Belastingdienst ontstaan.
Meest vergelijkbare dienstbetrekking
U berekent het loon door een vergelijking te maken met de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Het kan daarbij gaan om werknemers die niet precies hetzelfde werk doen.
2022
Als het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking in 2022 € 60.000 was, dan had u in 2022 ten minste een loon moeten ontvangen van € 48.000. Dat was het minimum in 2022. Een loon van 75% van € 60.000 is immers slechts € 45.000.
2023
Door afschaffing van de doelmatigheidsmarge moet vanaf 2023 het gebruikelijk loon ten minste € 60.000 bedragen. Ook als u met de Belastingdienst in een vaststellingsovereenkomst (vso) het gebruikelijk loon heeft vastgesteld, waarbij de doelmatigheidsmarge is gehanteerd, dan stelt u voor 2023 het gebruikelijk loon vast op 100% van het loon dat in de vso is vastgelegd.
Loon lager vaststellen
U mag het loon in bepaalde gevallen op een lager bedrag vaststellen. Dat kan bijvoorbeeld als u aannemelijk maakt dat het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager is dan € 51.000. U mag dan van dat lagere bedrag uitgaan. Of u maakt aannemelijk dat het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager is dan het loon van de meestverdienende werknemer van de (verbonden) vennootschap. U gaat dan uit van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Ook bijvoorbeeld bij werken in deeltijd of in verliessituaties, waarbij de continuïteit van uw onderneming in gevaar komt, mag u het loon lager vaststellen.
Onderdelen gebruikelijk loon
Het gebruikelijk loon bestaat naast het reguliere loon in geld, ook uit loon in natura en de bijtelling van de auto wegens privégebruik. Maar ook uit de vergoedingen en verstrekkingen die u als aanmerkelijkbelanghouder krijgt en onder de werkkostenregeling als eindheffingsloon zijn aangewezen. Ook de gerichte vrijstellingen zoals de reiskosten- en thuiswerkvergoeding tellen dus mee. Dat geldt ook voor de bonus die ten laste van de vrije ruimte is uitgekeerd.
Schriftelijke vastlegging
Moet uw loon in 2023 worden aangepast? Dan is het van belang dat dit schriftelijk wordt vastgelegd.
Beoordeling hoogte gebruikelijk loon
Wij adviseren u om uw loon in 2023 opnieuw te (laten) beoordelen. Vanwege de aanpassingen bestaat er een kans dat u in 2023 een hoger loon moet hanteren. Voor meer informatie kunt u contact met ons opnemen.